Week van de tweeling, Bargerveen

Het begint ondertussen een kleine traditie te worden dat ik samen met mijn gezin in het voorjaar een weekje vakantie besteed in de provincie Drenthe. Meer specifiek aangeduid betreft het voornamelijk het gebied ten zuiden van Emmen en wel in de direkte omgeving van het hoogveenreservaat Bargerveen. Ondanks dat het natuurgebied zijn bestaan in de huidige vorm te danken heeft aan grootschalige ingrepen van de mens in het landschap, heeft het een uitstraling van ongereptheid. Waar in Nederland vinden we bijvoorbeeld nog levend hoogveen op zulke grote schaal? Het geeft mij altijd een gevoel van oernatuur, terwijl ik in mijn achterhoofd toch weet dat het ontstaan hiervan het resultaat is van menselijke activiteit. De plassen en stukjes met afgestorven Berkenbomen versterken dat gevoel. Wat het gebied ook zo interessant maakt zijn de enorme aantallen libellen die er voorkomen. Op goede dagen hangen de struikjes soms letterlijk vol met uitsluipende Noordse witsnuit en Viervlek libellen. Het is niet voor niets het gebied waar de enige echte populatie van de Grauwe klauwier in Nederland voorkomt. En in de trektijd heeft men een redelijke kans om Roodpootvalken aan te treffen, aangetrokken door het overvloedig aanwezige voedsel in de vorm van diezelfde libellen. Dat de diverse soorten daarvan als vrij zeldzaam te boek staan doet in deze context dan ook niet ter zake. Het zijn de omstandigheden die voor de overvloed zorgen en daar mag Staatsbosbeheer eigenlijk wel een complimentje over ontvangen. Ingelezen in eventuele problematiek ben ik overigens niet, maar een feit is dat ik er om diverse redenen graag kom. 
Ook het soms kleinschalige karakter van landbouwgebieden en de net even wat vriendelijker manier van hoe mensen met elkaar omgaan, maken dat het prettig vertoeven is in deze hoek van Drenthe. Men maakt er veel gemakkelijker een praatje met elkaar. Misschien komt het wel omdat men meer het gevoel heeft ruimte om zich heen te hebben en zitten we hier in het westen van het land veels te veel op elkaars lip. Het is natuurlijk uitermate prettig als je de rust kan opzoeken wanneer die behoefte er is en zonder nog weer hele volkstammen tegen het lijf te lopen. 
De weersomstandigheden waren niet optimaal in deze week, maar ook lage temperaturen en neerslag bieden kansen voor de fotografie. Op één ochtend ben ik werkelijk tot op mijn onderbroek nat geregend, maar ja, …….men vindt niet altijd een tweetal verse Viervlekken in dezelfde graspol. Helaas moest ik de plannen voor landschapsfotografie in de koelkast zetten vanwege de weersomstandigheden en bijbehorend licht. Het was toch voornamelijk grauw weer en dat is vaak niet ideaal voor landschapsopnamen.
En dan de titel, ” week van de tweeling”? In een gebied waar zoveel libellen en vlinders voorkomen is de kans vrij groot dat je met goed zoeken ”koppeltjes” tegen het lijf loopt. De beelden spreken denk ik voor zich. Verder was de Adder zeer welkom en hopen we deze daar nog vaker tegen te komen. De rupsen van de Sint-jansvlinder zijn gevonden door mijn vrouw en ook daar was ik erg blij mee. Al blijft het laatste natuurlijk toch een prettige ”TIK”.

Tormentil