Hier de tweede reeks beelden van de reis naar Alaska, welke ik eerder dit jaar in juni heb gemaakt. Slechts drie maanden geleden en op het moment dat de winter net haar hielen had gelicht. En nu de winter alweer voor de deur staat met temperaturen die nog net boven nul liggen, komt het besef naar boven van de bijzondere omstandigheden van wat de plaatselijke bevolking hun ‘home” noemen. In het plaatselijke museum, welke de oude cultuur laat zien, kan men de vindingrijkheid bewonderen die de Inuit hebben ontwikkeld om met relatief éénvoudige middelen in zo’n hard klimaat te overleven. Men kan zich afvragen wat men überhaupt heeft bezield om daar te gaan wonen. In ons huidige luxe leven is daar geen voorstelling meer van te maken.
Op fotografie gebied is er veel te beleven, zij het dat de beschikbare tijd erg kort is. De vogels vormde het hoofddoel van de reis. De verwachting in zo’n gebied is vaak dat elke soort handtam is, maar door de jacht zijn met name de watervogels behoorlijk schuw. Hier moet de nodige tijd ingestoken worden en vaak brengt een stuk volharding resultaat. Met name het profiteren van de omstandigheden doet de kansen stijgen en een eventuele volgende reis naar deze bestemming zal ik dan ook wat anders insteken.
Door het nodige zoekwerk op internet heb ik ook op alle planten/bloemen een naam weten te plakken. Vaak gaat het dan om specifieke ondersoorten die alleen in smalle stroken arctisch gebied voorkomen. Aangepast aan diezelfde harde leefomstandigheden.
Ten tijde van onze reis is het dag en nachtritme omgegooid. De lichtomstandigheden gedurende de avond en nacht zijn beter en het is dan ook rustiger met overig verkeer en natuurliefhebbers. Omdat Barrow toch vrij zuidelijk ligt, is het zonlicht midden op de dag niet mooi. Kenmerkend voor arctisch gebied in het voorjaar is het veelvuldig voorkomen van bewolking en mist. Vaak resulteert dat in mistroostig weer en waarbij het dan ook nog regent. Een verblijf voor langere perioden in een omgeving als deze zou het mooiste zijn, maar dat blijft naar alle waarschijnlijkheid bij dagdromen. Maar tenslotte moet er wat te wensen overblijven.
Nieuws
Barrow – North Slope, Alaska, deel1
Point Barrow, de meest noordelijke punt van de Verenigde staten. Een bestemming die al geruime tijd op mijn verlanglijst stond en dat vooral vanwege de ligging in Arctisch gebied. Met een winter die acht maanden duurt behoort het tot de gebieden waar de bodem permanent is bevroren, de zgn. Permafrost zone. Typerend voor een arctische omgeving is dat de winter wordt gevolgd door een hectisch voorjaar waarin er geen ruimte is voor het ”leven” om eventjes op adem te komen. De planten en dieren haasten zich om de toendra te bevolken en te zorgen dat deze overvloedige tijd optimaal wordt benut om voor nakomelingen te zorgen. Zodra de temperatuur gaat stijgen steekt het eerste groen zijn sprieten door het sneeuwdek heen. En voor de vogels is het volop aan de bak. Er moet in een paar dagen tijd een territorium worden bezet, gevolgd door de balts, nestbouw en de paring. Het uitbroeden van de eieren begint direkt. De eieren, hoewel iets beter bestand tegen lage temperaturen, moeten warm blijven om een mislukt legsel te voorkomen. De zomer is te kort om een tweede broedpoging te ondernemen en daarbij is er altijd het gevaar van hongerige predatoren als Poolvos en Jagers.
De omgeving van Barrow bestaat uit toendra en wordt vooral bewoont door de oorspronkelijke bevolking, de Unuit. Maar ook de naam ”Eskimo” wordt door henzelf gebruikt. Opvallend, omdat in andere arctische gebieden deze naam wordt beschouwd als een belediging, zijnde ”rauw vlees eters”.
De plaats Barrow heeft een inwonertal van 5000 mensen, waaronder vanzelfsprekend veel import. Vanzelfsprekend omdat dit soort nederzettingen altijd mensen aantrekt die eens een ander leven willen leiden. Van de oude cultuur is op het eerste oog niet veel meer terug te vinden. De eeuwenoude tradities komen vooral nog in de jacht tot uiting. Het is de Inuit bevolking toegestaan om voor de eigen voedselvoorziening te jagen op onder meer Groenlandse walvis. Ook wordt er gejaagd op Zeehond, Walrus en diverse vogelsoorten. Opvallend is de openheid van de mensen als de Walvisvangst ter sprake komt. De speer heeft plaatsgemaakt voor een metalen pen met een explosieve kop om het lijden van de dieren te voorkomen. Alleen opgeleide en aangestelde scherpschutters mogen het wapen bedienen en de regels dienen strak gehanteerd te worden. Dit alles uit respect voor de walvis.
Het hoofddoel van deze reis was het fotograferen van de bijzondere vogelsoorten die de toendra bevolken. De bedreigde Brileider is één van de grote trekpleisters, maar ook soorten als Middelste jager en Sneeuwuil kan men aantreffen. Om laatstgenoemde soorten in grote aantallen te zien is een goed Lemming-jaar een vereiste, maar dat bleek niet het geval. Vanwege de jachtdruk waren vooral de eendensoorten erg schuw en het vereiste volharding om daar goed beeldmateriaal van over te houden. En ter illustratie van het korte voorjaar, met een week was de situatie van ”overal vogels en veel plasjes”, verandert in een soms ”uitgestorven” groene vlakte. Enig geluk met de planning heeft men zeker nodig. Het zonnige weer was zeker opvallend te noemen en alleen tijdens de eerste en laatste dagen zagen we het typisch arctische weerbeeld van mist, regen en zware bewolking. Om zoveel mogelijk te kunnen profiteren van de betere lichtsituaties hebben we het dag en nachtritme omgedraaid. Uitgerust thuiskomen zat er dan ook niet in, maar daar was vooraf al rekening mee gehouden. Al met al viel het met de jetlag gelukkig erg mee.
Bij deze wil ik mijn beide reisgenoten bedanken voor het slagen van deze bijzondere reis.
Holland kleurenmix
Het was inmiddels geruime tijd geleden dat er een nieuwe galerij was toegevoegd aan deze site. Dat is grotendeels te danken aan het feit dat ik meer bezig ben geweest met andere zaken dan de fotografie. Zo moet er toch eens in de zoveel tijd in huis een verfkwast gehanteerd worden, gaat er nieuw behang op de muur en zijn we onze plannen voor nieuwe meubels aan het realiseren. Allemaal leuke bezigheden, maar nu het voorjaar weer nadert, begint het toch te kriebelen. Het is nu ook de periode waarin de reisplannen worden gesmeed en er is dan ook een mooie reis naar een Arctisch gebied geboekt. Tijdens deze trip zal de aandacht voor een groot deel naar de vogels uitgaan. Dat is lang geleden en ik kijk er met veel plezier naar uit.
De nu geplaatste serie is een verzameling van losse beelden gemaakt in het afgelopen jaar. En het is eigenlijk nog een heel kleurrijk geheel geworden. Het mooie rood van de Krulhaarkelkzwam, de prachtige rupsen van de Kamillevlinder en het frisse groen waarin de Veldmuis een heel gangenstelsel heeft aangelegd. Ver hoefde ik niet te gaan voor deze laatste serie, want deze lag vlak voor de ingang van onze kampeerplek op een Drentse camping. Een locatie waar zo op het eerste oog niet veel te beleven was, maar goed kijken levert altijd wel wat op. Eén van die beelden is overigens gebruikt op een Nederlandse postzegel. En dat gebruik was wel het laatste wat ik in gedachten had bij het maken van de serie.
Tenslotte de rups van de Agaatvlinder. Die kostte me maanden om te determineren tot ik opeens een wel heel helder moment kreeg. Soms zit je gewoon vast in de zoektocht naar een naam, zeker als het een groep betreft waar je jezelf niet rekent tot de ”kenners”. Veel kijkplezier.
Aosta gran paradiso N.P. Italy, fotoserie 2
Onze vakantie naar het Aosta dal in Italië ligt alweer ver achter ons, bijna twee en een halve maand. Ik kijk er nog steeds met veel genoegen naar terug en heb me al voorgenomen om zeker nog een keer terug te gaan. De grote aantallen vlinders die in het gebied voorkomen zijn daar natuurlijk de belangrijkste drijfveer voor. En het is er rustig genoeg om een ”eigen”plekje te vinden waar je ongestoord met je fotografie aan de gang kan gaan.
Het goede contact met de campingeigenaren heeft er toe geleid dat zijn graag een aantal beelden willen gebruiken op hun website en om zo de omgeving te promoten. Daar tegenover staat dat zij een klein stukje promotie doen van deze site. Zo snijd het mes aan twee kanten en het geeft de mogelijkheid om weer wat ”actiefs” te ondernemen met mijn beelden. Iets wat ik graag doe. De camping ”Val di Rhemes” is centraal gelegen en alle interessante gebieden liggen op korte afstand. Zelfs voor het noodzakelijke boodschappen doen hoeft men geen wereldreis te maken, een prettige bijkomstigheid.
Deze serie betreft het tweede en laatste deel van hetgeen wat ik wil plaatsen en geeft een groot deel weer van de beelden die ik daar gedurende twee weken heb gemaakt. In deel één is te lezen dat dit niet allemaal zonder slag of stoot is gegaan, maar uiteindelijk stemt dat dan wel tot meer voldoening. En voor de toekomst ligt er nog weer een volgende uitdaging te wachten.
Ik wens u weer veel kijkplezier.
Valle d’Aosta, het uitsluipen van een Blauwe glazenmaker
Tijdens ons verblijf in het Val di Rhemes, Aosta in Italië ( zie vorig nieuwsitem) ontdekte ik in een kleine vijver bij de camping een aantal larven van een libellensoort. Het vijvertje van hooguit twaalf vierkante meter lag in de speeltuin naast de camping. Het was de eerste en enige aanwijzing dat deze groep van insecten niet geheel afwezig bleek te zijn in dit bergdal. Omdat ik regelmatig met mijn dochtertje de speeltuin bezocht, was het ook een mooie gelegenheid om de activiteit van de larven in de gaten te houden. Dat leverde na anderhalve week tot mijn vreugde de eerste ”uitsluipers” op. Wel zochten de meeste larven voor dit proces een plekje op buiten het bereik van de camera. Uiteindelijk werd de volharding beloond met een exemplaar dat dicht onder de kant een plekje had gevonden. Het enige nadeel was een grote kei die in de weg lag en waardoor ik zeker in het begin geen ideale positie kon innemen.
De larve had zich de dag ervoor al de gehele tijd opgehouden rond de bewuste stengel, maar kroop pas een etmaal later uit het water. Het was ongeveer zes uur in de ochtend. Alleen de bloemknoppen gaven voldoende houvast aan de verder gladde plantenstengel. Na het vinden van het juiste plekje gebeurde er een uur lang niets. Het is dan zaak om goed te blijven opletten, want de diverse fasen van het uitsluip-proces gaan soms onverwacht snel. Dit geldt onder meer voor het openbarsten van het huidje en tot de kop en een deel van het achterlijf erbuiten hangen. De andere fase die zeer snel verloopt is wanneer het imago de kop omhoog buigt en het laatste deel van het achterlijf uit het huidje trekt. Dan volgt het oppompen van de vleugels, het strekken van het achterlijf en de fase waarin het imago het overtollige vocht afvoert en wat op kleur komt.
Na acht uur ben ik gestopt met de registratie, ondermeer omdat het huidje met libel losraakte en weggleed naar beneden. De nieuwe situatie belemmerde het verder maken van goede beelden. Het gehele proces tot en met wegvliegen heeft zeker tien uur geduurd. Naar mijn idee een zeer lange tijd en vooral omdat het dier dan erg kwetsbaar is.
Tenslotte, van alle uitsluipingen die ik daar vond is zeker dertig procent niet tot een goed einde gekomen. Kannibalisme was daar wel de meest opvallende oorzaak van. Een larve deed vanuit het water een geslaagde poging om eens een hapje van zijn zojuist uitgeslopen broer of zus te nemen omdat deze een plekje had gekozen vlak boven het water. Het stempel ”roofdier” werd hier in volle overtuiging gedemonstreerd.
Veel kinderen zagen in dit vijvertje hun eerste libel geboren worden. Een prachtige belevenis.
Aosta gran paradiso N.P. Italy, fotoserie 1
Voor het eerst in vele jaren hebben we onze gezinsvakantie niet doorgebracht in het Biebrza gebied in Polen. En als ik heel eerlijk ben, dat was best even wennen. In plaats daarvan zijn we met een deel van de familie naar het Aosta-dal in noordwest Italië afgereisd. In deze regio ligt het Aosta gran paradiso nationaal park, een berggebied aan de zuidkant van de Alpen. Een zus en zwager waren daar al eerder geweest en lokten ons mee met de belofte van veel vlinders.
We arriveerden in Italië onder regenachtige omstandigheden en dat weerbeeld zou de eerst anderhalve week aanhouden. Kende Nederland een warme eerste helft van het jaar 2014, Italië daarentegen had met een zeer koude zomer te maken. Persoonlijk had ik tegen die lage temperaturen geen bezwaar, maar de vele regen was wel een spelbreker. Het was dus zaak om de droge momenten goed te benutten. Op de derde dag na aankomst hebben we onze eerste langere bergwandeling gemaakt. De berghellingen stonden volop in bloei en het aantal vlinders overtrof inderdaad alle verwachtingen. De camera echter was niet mee, want ……. ” een familiewandeling”.
Toen na dagen van slecht weer zich opnieuw een geschikte dag aandiende, ben ik alleen op stap geweest. Helaas begon het met zware laaghangende bewolking en halverwege de ochtend brak de zon door. Beide omstandigheden waren niet ideaal om te fotograferen en zodoende leverde deze dag vrij weinig beeld op.
Duidelijk was ook dat het einde van het seizoen naderde. Alle ruige veldjes rond de camping werden gemaaid en op de bergweiden nam het aantal bloemen snel af. Om er toch het maximale uit te slepen was het zaak om de vroege ochtenduren goed te benutten. Het kwam erop neer dat gedurende twee en een half uur alles moest plaatsvinden. Voor de volledigheid moet ik vermelden dat er geen autowegen in de bergen beschikbaar zijn en alles dus te voet ging. Niet alle spieren en pezen waren daar overigens voldoende op getraind. Tenslotte hield ik aan de enige vlakke wandeling in het gebied nog een licht gekneusde voet over en werd ik gedwongen twee dagen lang de beslommeringen van de overige campinggasten te bekijken.
Ondanks de vele vlinders kostte het nog steeds veel tijd om exemplaren te vinden die in een setting zaten die niet tot een min of meer standaard beeld leiden. Dat is een aantal malen goed gelukt en vaak het veld in is de enige manier. Ik hoop het gebied dan ook zeker nog een tweede keer te bezoeken.
Belarus, fotoserie 02
Het heeft even geduurd, maar hier dan het tweede deel van de beelden gemaakt tijdens mijn verblijf in Wit Rusland, half mei. Hiermee staan dan gelijk alle fotografische hoogtepunten van deze trip op de site. Ook deze serie bevat weer de nodige variatie in onderwerpen.
Omdat ik inmiddels vele malen de Biebrza moerassen en omgeving in noordoost Polen heb bezocht, was het bijna vanzelfsprekend dat ik beide gebieden met elkaar ging vergelijken. Men is tenslotte geneigd om te denken dat het één pot nat is.
De houten huizen waarvan in deze serie een aantal opnamen worden getoond, zijn in het genoemde gebied in Polen steeds minder te vinden. In Wit Rusland zijn, met uitzondering van de grote steden, deze huizen bijna de standaard. De waterput is met name in de kleinere dorpen nog veelvuldig in gebruik. Er lijkt dan ook een duidelijk verschil te zijn in levensstandaard.
Ten aanzien van de natuur, onder andere gerelateerd aan het tijdstip van het jaar, waren ook een aantal zaken die opvielen. Zo was het aantal vlinders, alsmede de variatie in soorten, aanmerkelijk lager dan had verwacht. Dit ondanks een zeer slappe winter gevolgd door een zeer warm voorjaar. Op een groot veelbelovend veld vond ik slechts enkele Bruine vuurvlinders en één Icarusblauwtje. Een oorzaak kan natuurlijk ook zijn geweest dat door de weersomstandigheden de ”juni-dip” al half mei plaatsvond. Een fenomeen wat we ook in Nederland hebben gezien in 2014. De gefotografeerde paddenstoelen had ik niet meer verwacht omdat de verschijning hiervan vooral temperatuur gerelateerd lijkt te zijn. En ook in Wit Rusland liep de natuur een maandje voor op schema. Bijzonder was ook dat op een groot zoetwatermeer er nauwelijks waterwild te vinden was. Het leverde wel onze enige Fuut en hoempende Roerdomp op.
Maar al met al, wat valt er nu te zeggen na een eerste twaalfdaags bezoek? Het prachtige onaangetaste karakter heeft in ieder geval veel indruk gemaakt. Veel kijkplezier met deze tweede serie.